De Vitrine

De plek waar wetenschap en erfgoed elkaar ontmoeten

Ivette de Vries

Het journaal van Willem Schouten

Willem Corneliszoon Schouten, ook wel bekend als Guill(i)aume Schouten (ca 1577-1625) reisde aan het eind van de zestiende en het begin van de zeventiende eeuw de wereld over. Over een van die reizen is een journaal opgeschreven, waarvan het Allard Pierson een exemplaar in zijn bezit heeft. De titel luidt: IOVRNAL Ou Description du merveilleux voyage de Gvilliavme Schovten, Hollandois natif de Hoorn, fait es années 1615, 1616 & 1617. Kortwerg luidt de titel ‘Het Journaal van Willem Schouten’.

Willem Schouten werd als zoon van een zeekapitein geboren in Hoorn. Zijn vader was Cornelis Janszoon Schouts. Cornelis Schouts werkte voor de admiraliteit van West-Friesland en het Noorderkwartier. Het ruime sop zat Willem Schouten dus in zijn bloed. Over wie zijn moeder was, zijn de bronnen het niet eens. Dit zou volgens één bron Mary Claasdochter zijn. Volgens een andere bron zou het Weijntje Lap van Waveren geweest moeten zijn. Een uitspraak doen over moederszijde, blijft daardoor lastig.

Het Journaal van Willem Schouten in het Allard Pierson (signatuur O 60-946) is gedrukt in 1618. De taal van dit exemplaar is Frans. Het boekje beschrijft als een dagboek de reizen die Willem Schouten heeft gemaakt in de jaren 1615, 1616 en 1617. Het belang van dit boekje ligt in het feit dat Willem Schouten een belangrijke passage door de ‘Grote Zuidelijke Zee’ heeft ontdekt voor de scheepvaart. Een aantal jaar later claimde Isaac le Maire dat zijn zoon deze ontdekking had gedaan, of in ieder geval samen met Schouten, op basis van diens logboeken van de reizen.

Er bleek een heus internationaal conflict te zijn ontstaan over het verslag en daarmee het journaal van Willem Schouten. De Australische Compagnie kreeg lucht over een mogelijke publicatie van het verslag en vroeg een octrooi aan bij de Staten-Generaal op de uitgave van het journaal en een verbod voor Bleau om het een en ander uit te geven. Het originele verhaal is dan ook niet uitgegeven. Het journaal is op naam van Willem Schouten komen te staan en daardoor was deze uitgave anders dan het octrooi en verbod van de Australische Compagnie.

Het Journaal van Willem Schouten bevat een aantal gravures. De eerste is een gravure op de typografische titelpagina, zie afbeelding 1. Wat het boekje zo interessant maakt is dat ten eerste een zeer mooie gravure heeft op de typografische titelpagina. Het laat twee schepen zien, die klaar zijn om te gaan vertrekken. Dit zijn op basis van de tekst en het frontispice de Eendracht en de Victoria. Dit is echter niet het geval. De Eendracht vertrok namelijk met het schip de Hoorn. Er zijn wat kleinere boten zichtbaar en een aangezicht van een stad, waarbij de Hoofdtoren van Hoorn vermoedelijk is te zien, als onderdeel van de stadsmuur van Hoorn.

Afbeelding met tekst Automatisch gegenereerde beschrijving

Afbeelding 1: Typografische titelpagina, gravure met zicht op Hoorn. Amsterdam, Allard Pierson, O 60-946. Bron: privébezit.

Kort daarna volgt een frontispiece, zie afbeelding 2. Het bevindt zich niet op de meest voor de hand liggende plek in het boekje. Veelal zit een frontispice op een linkerpagina, voor de titelpagina. In dit exemplaar zit het na de typografische titelpagina, voorwoord en gedicht (epigram) van Joost van den Vondel. Het frontispice laat Willem C. Schouten (rechts) zien aan een tafel met Ferdinand MagelIaan (1480-1521), met tussen hen in een geraamte in de vorm van een globe. Links van MagelIaan is een engel met een bazuin in klassieke klederdracht te zien, die een laurierkrans op zijn hoofd legt. Magellaan werd mogelijk als idool beschouwd door Schouten en wilde graag met hem in gesprek. Links van de Engel daarvan is het schip de Victoria te zien, het schip van Magellaan. Rechts staat wederom een engel met wederom een laurierkrans boven het hoofd van in dit geval Willem C. Schouten. Ze heeft een bazuin in haar hand. Rechts van de engel staat de Eendracht afgebeeld. Daaronder zien we een platte weergave van de aarde, in twee helften. Links zijn twee mannen afgebeeld, Olivi(er) van Noort en Fran(s) Draeck. Rechts zijn Thomas Ca(ve)ndisch en Geor Speilbergh afgebeeld.

Afbeelding 2: Frontispice. Amsterdam, Allard Pierson, O 60-946. Bron: privébezit.

Het boekje is gedrukt in Amsterdam bij Guillaume Ianson, ofwel Willem Jansz. Blaeu (1608-1639). Blaeu was een Nederlandse kaarten- en globemaker. Maar net als vele andere cartografen, publiceerde Blaeu ook boeken. Een onverwachte keuze voor Blaue als drukker van dit boekje mag het dan niet zijn. Het journaal bevat enkele cartografische voorstellingen en er is een kaart van de Aarde in het frontispice opgenomen. Een van de kaarten bevat de weergave van de passage die Schouten, samen met Le Maire, heeft ontdekt.

Afbeelding 3: Eerste kaart in het boekje, met passage die ontdekt is door Schouten en Le Maire. Amsterdam, Allard Pierson, O 60-946. Bron: privébezit.

Deze Franse editie O 60-946 van het Allard Pierson heeft drie kaarten en 5 gravures (zonder frontispice). Een interessant aantal, wanneer het wordt vergeleken met de gravures in de eerste Nederlandse uitgave van 1618 van dit journaal. Het bevatte twee kaarten en zeven illustraties. Dit komt niet overeen met het Franse exemplaar. Nadien is het boekje nog tweemaal herdrukt door kopergraveur en internationale uitgever Johann Theodor de Bry (1561-1623), afkomstig uit Duitsland. Beide edities hadden twee kaarten en tien gravures. Het is de vraag of het frontispice bij deze illustraties wordt opgeteld.

Historicus Michael van Groesen heeft onderzoek gedaan naar de uitgaves van De Bry. Opmerkelijk is dat Van Groesen benoemt dat een van de gravures, de vijfde in de cyclus van een uitgave van De Bry een kopie is van het origineel. Wat Van Groesen niet benoemt is dat deze vijfde gravure een gespiegelde versie is van de derde gravure uit het journaal van het Allard Pierson, zie hieronder. Het enige dat anders is, is de tekst. Deze is aangepast aan de spiegeling. In de latere druk van de gravure is enigszins wat slijtage te zien, er mist bijvoorbeeld een arm bij de persoon die in het van het schip over de rand hangt, met zijn hoofd naar het schip toe en een bijna horizontale rug. Daarmee lijkt het een echte afdruk van de eerdere gravure te zijn, die alleen textueel is aangepast. Van Groesen benoemt overigens wel dat de zevende gravure in de cyclus van De Bry een kopie is naar het origineel in de uitgave van 1618.

Afbeelding met tekst, ontvangstbewijs, steen Automatisch gegenereerde beschrijving

Afbeelding 4: Amsterdam, Allard Pierson, O 60-946, p. 40 rechts. Bron: privébezit.

Afbeelding 5: Dit zou een afbeelding zijn die afkomstig is uit een latere uitgave door De Bry, te vinden bij het Allard Pierson, Amsterdam. Bron: van Groesen, Michiel, ‘Changing the Image of the Southern Pacific: Willem Schouten, His Circumnavigation, and the De Bry Collection of Voyages’, The Journal of Pacific History, 44:1, 2009, 77–87 (p. 83).

Onderzoek naar alle uitgaves van het Journaal van Willem Schouten uit Hoorn zal licht werpen op de ontwikkeling van de gravures binnen de edities en verschillende exemplaren. Belangrijk voor de zeevaart was dit boekje zeker. Gezien het bereik van de edities van De Bry genoot het verhaal van Willem Schouten internationale faam.

Bibliografie:

van Groesen, Michiel, ‘Changing the Image of the Southern Pacific: Willem Schouten, His Circumnavigation, and the De Bry Collection of Voyages’, The Journal of Pacific History, 44:1, 2009, 77–87Kwaad, Frans, ‘Willem Cornelisz Schouten (ca. 1577-1625)’, Vereniging Oud Hoorn, 2015 <https://www.oudhoorn.nl/biografie/biografie_willem_cornelisz_schouten.php>van Netten, Djoeke, Koopman in kennis (Zutphen: Walburg Pers, 2014) <https://books.google.nl/books?id=SuhGAwAAQBAJ&lpg=PA9&ots=vtHxPrhthC&dq=%22Willem%20Jansz.%20Blaeu%22&lr&hl=nl&pg=PA3#v=onepage&q=%22Willem%20Jansz.%20Blaeu%22&f=false>van den Vondel, Joost, Twee Zeevaart-Gedichten, ed. by Marijke Spies (Amsterdam/Oxford/New York: Noord-Hollandsche uitgevers Maatschappij, 1987)de Vries, Tiemen, Holland’s Influence on English Language and Literature (Chicago: Grentzebach, 1916), UB Leiden, signatuur: 1033 D7[Ivette de Vries]