De Vitrine

De plek waar wetenschap en erfgoed elkaar ontmoeten

Jay Heidsma

De vijftiende eeuwse Oranje Leeu

Gheraert Leeu is één van de beroemdste drukkers uit de 15e eeuw. Leeu is geboren rond 1450, verder is van de eerste 25 jaar van zijn leven weinig bekend. We weten dat hij een broer had die Claes heette en dat zijn vader in ambtelijke dienst was. Leeu duikt voor het eerst weer op in 1477 wanneer hij een boekdrukhandel begint. In zijn geboortestad Gouda drukte hij in de periode van 1477 tot 1484 wel 69 werken, waarna hij vertrok naar Antwerpen. Dit was een uitzonderlijke prestatie in zijn tijd. De gemiddelde drukker bracht maar een paar werken uit in een jaar. Naast de grote aantallen heeft het werk van Leeu nog een bijzonder kenmerk in zijn Goudse tijd. Onder deze werken vallen voornamelijk Nederlandstalige devotie boeken. In de 15e eeuw werd er nog voornamelijk in het Latijn gedrukt. Dit was de taal die de alle geletterden konden lezen en schrijven. Het feit dat Leeu zo veel in de volkstaal drukte laat zien dat er een nieuwe doelgroep was ontstaan. De gewone burger had geen of slechts weinig scholing gehad en kon daarom geen Latijn lezen, maar blijkbaar was er wel de behoefte om religieuze teksten te kunnen lezen. Leeu was één van de eerste drukkers die in de eigen taal drukte. In de tabel hieronder komt duidelijk naar voren hoe klein het percentage Nederlandstalige werken was in Leeus Goudse tijd.

Gheraert Leeu staat verder nog bekend om zijn innovaties, waaronder zijn houtsnedes voor devotie boeken en de titelpagina. Door de houtsnedes kregen zijn boeken een indrukwekkende uitstraling, die zorgden voor zijn goede reputatie zowel toen als nu. Deze houtsnedes leende hij ook uit aan bevriende drukkers elders in Nederland zoals Snellaert uit Delft. Leeus ambities werden uiteindelijk te groot om in Gouda te kunnen blijven, daarom zette hij in 1485 koers naar dé handel- en drukstad van de Lage Landen in de 15e eeuw, Antwerpen. Hier past Leeu zijn stijl aan aan zijn nieuwe publiek. Hij laat de volkstaal achter om zijn werk aan zijn nieuwe heterogene publiek te kunnen presenteren in het Latijn. Dit is een logische keuze gezien in Antwerpen mensen vanuit heel Europa komen en de gemeenschappelijke taal nog steeds Latijn is. In deze tijd van verandering introduceerde Leeu ook een innovatie die weinig drukkers nog hadden aanvaard. Hij maakte primitieve en soms zelfs al wat uitgebreidere titelpagina’s. Soms versiert met een prachtige houtsnede en soms slechts de titel op een verder lege bladzijde.

Een derde aspect van Gheraert Leeus werk dat vaak wordt besproken is zijn explicit. Aan het einde van incunabula wordt er nagenoeg altijd afgesloten met een korte tekst waarin wordt vertel waar, wanneer en door wie een boek gedrukt is. Leeu gebruik in zijn explicits veel verschillende varianten van zijn naam, zo is hij bekend als:

Een voorbeeld van zo’n nawoord is:

Madoc. Jaargang 1992 · dbnl

Na de explicit heeft Leeu vaak zijn drukkersmerk gezet. In de afbeelding hierboven is deze vrij groot en gedetailleerd. Een versie die vaker voorkomt is de volgende:

Aan de wieg van de boekdrukkunst: de collectie incunabelen - Universiteitsbibliotheek

Rood onderstreept is de naamvariatie die ook in deze twee voorbeelden verschilt. Leeu blijft boeken drukken tot hij in 1493 om het leven komt na een uit de hand gelopen ruzie met een van zijn werknemers.

[Jay Heidsma]